Zonnepanelen: Wat kunnen we nog toevoegen aan wat al is gezegd?

Photo Unsplash

Als je een snelle blik werpt op je jaarlijkse energierekening, zul je merken dat het grootste deel van het energieverbruik afkomstig is van gas—en meer specifiek, van verwarming. Het is niet zo dat gas duurder is dan elektriciteit, maar tijdens de winter gebruiken we aanzienlijk meer energie om onze huizen te verwarmen. In feite gebruiken we in de winter 80% meer energie om comfortabel te blijven.

Het gebruik van zonnepanelen in woningen heeft de afgelopen jaren een enorme vlucht genomen in Nederland, met een piek in 2022 van ongeveer 500 megawatt aan geïnstalleerd vermogen. Laten we de cijfers bekijken: als de meest gangbare panelen 350 watt per uur produceren (2022), betekent dat ongeveer 1,5 miljoen zonnepanelen geïnstalleerd in één jaar, alleen al in woonhuizen. Maar waarom plaatsen mensen zonnepanelen als, zoals eerder genoemd, het probleem bij gas ligt? De belangrijkste reden lijkt de enorme publiciteit die zonnepanelen de afgelopen jaren hebben gekregen, versterkt door het besluit van de overheid om gas uit nieuwbouwprojecten te elimineren. Dit heeft ertoe geleid dat gezinnen hun spaargeld steeds vaker besteden aan zonnepanelen.

De harde feiten

Tegenwoordig bieden installatiebedrijven zonnepanelen aan met een capaciteit van 440 tot 535 watt per uur (2024). Dit betekent dat een paneel onder optimale omstandigheden tot deze hoeveelheid energie per uur kan produceren. Bijvoorbeeld: een installatie van 10 panelen, met de hoogste vermogenspanelen, zou theoretisch 4,4 kW/h (4400 watt per uur) kunnen produceren. Dit maximum wordt echter zelden gehaald, omdat dit afhankelijk is van specifieke omstandigheden die slechts enkele keren per jaar voorkomen.

Installatiebedrijven leveren daarom meestal een zonnestudie mee bij de offerte, omdat factoren zoals de positionering van de panelen, de hoek en mogelijke schaduw invloed hebben op de totale opbrengst. Er is ook een afname in prestaties door slijtage in de loop van de tijd.

Hoeveel elektriciteit verbruikt een huishouden?

Dit varieert sterk per huishouden, maar het gemiddelde in Nederland ligt rond de 2500 kWh per jaar—ongeveer 150 kWh per maand in de zomer en tot 250 kWh per maand in de winter. Deze verbruikscurve is het tegenovergestelde van de productiecurve van zonnepanelen, omdat er in de zomer meer zonlicht is. Om die reden verplicht de Nederlandse overheid energiebedrijven om verbruik en productie over een volledig jaar te verrekenen. Dit beleid is gunstig in Nederland, maar het is iets om rekening mee te houden als je in een ander land woont. En in Nederland is het nieuwe kabinet al van plan om deze regeling over een paar jaar af te schaffen. Als dat gebeurt, zou het noodzakelijk worden om batterijen te installeren om zoveel mogelijk energieproductie op te slaan. Maar dat is een ander punt: naast het feit dat batterijen erg duur zijn, kunnen huishoudelijke batterijen slechts genoeg energie opslaan voor hooguit twee tot drie dagen verbruik.

Bij het evalueren van een investering in zonnepanelen is het belangrijk om al deze factoren mee te nemen. Zonnepanelen zijn kostbaar (de voorbeeldinstallatie had een prijskaartje van €6000, waarbij de overheid de btw subsidieert, wat ongeveer €1000 terugbetaalt).

Belangrijke vragen om te overwegen:

  1. Hoeveel elektriciteit verbruik ik jaarlijks?
  2. Hoeveel panelen kan ik op mijn dak plaatsen en wat is de verwachte jaarlijkse opbrengst?
  3. Wat zijn de kosten van de installatie voor mijn woning en in hoeveel jaar verdien ik deze investering terug?

Voor een gemiddeld Nederlands huishouden met een verbruik van ongeveer 2500 kWh per jaar, komt dit bij de huidige prijs van ongeveer €0,35 per kWh (inclusief belastingen, afhankelijk van de energieleverancier) neer op €875 per jaar. Met de voorbeeldinstallatie zou het systeem zichzelf in ongeveer 7 jaar terugverdienen. Dit is echter gebaseerd op de huidige prijzen (november 2024).

Terugleveringkosten

Sinds eind 2023 hebben steeds meer energieleveranciers zogenaamde terugleveringkosten ingevoerd. Hierdoor krijgen consumenten met zonnepanelen die stroom terugleveren aan het net, een lagere vergoeding voor deze stroom. Energieleveranciers voeren deze kosten in als reactie op de hoge kosten die klanten met zonnepanelen voor hen met zich meebrengen, deels als gevolg van de salderingsregeling. Salderen betekent dat je energieleverancier de elektriciteit die je verbruikt en produceert tegen elkaar moet wegstrepen. Als je bijvoorbeeld 2500 kWh verbruikt en 2500 kWh produceert, is je elektriciteitsrekening €0, ook al produceer je stroom op totaal andere momenten dan dat je deze verbruikt. In mei 2024 werd aangekondigd dat het nieuwe kabinet van plan is de salderingsregeling in 2027 af te schaffen. Kortom, deze twee maatregelen maken zonnepanelen minder rendabel, wat tot aanzienlijke onrust heeft geleid onder huidige en potentiële bezitters van zonnepanelen.

Terugleveringkosten én niet meer salderen?

De invoering van terugleveringkosten is een reactie van energiebedrijven op het voortbestaan van de salderingsregeling. Daarom heeft de Tweede Kamer besloten dat terugleveringkosten verboden worden zodra de salderingsregeling stopt. Dit betekent dat huishoudens met zonnepanelen niet met beide zaken tegelijk te maken krijgen.

Voorbeeld van een Zonnepaneelinstallatie

Stel je verbruikt jaarlijks 3500 kWh en je installeert een systeem van 10 zonnepanelen. Op jaarbasis produceer je daarmee ongeveer 4530 kWh. Van die 3500 kWh aan verbruik gebruik je direct 1400 kWh van de opgewekte stroom in huis. Dit levert je, zoals eerder vermeld, een besparing van €420 per jaar op. Je hoeft hierdoor nog maar 2100 kWh van het energienet af te nemen. Deze hoeveelheid mag je volledig salderen, wat neerkomt op een extra besparing van 2100 x €0,30 = €630 per jaar. Voor de resterende 1030 kWh die je teruglevert aan het net, ontvang je een terugleververgoeding. Bij traditionele energieleveranciers krijg je gemiddeld €0,05 per kWh voor dit overschot, wat neerkomt op €51 per jaar. Alles bij elkaar levert deze installatie je dus een totale besparing van €1101 per jaar op.

Echter, tegenwoordig rekenen veel energieleveranciers terugleverkosten. Bij Eneco bijvoorbeeld betaal je €0,115 per kWh voor stroom die je teruglevert aan het net. In dit voorbeeld zou je 3130 kWh per jaar terugleveren, wat neerkomt op €360 aan terugleverkosten. Trek je dit bedrag af van de eerder berekende €1101, dan blijft er nog steeds een aanzienlijke besparing van €741 per jaar over.

Zelfs met terugleverkosten bespaar je met zonnepanelen nog steeds meer dan 70% op je totale elektriciteitskosten. Bovendien, als je deze set zonnepanelen medio 2024 zou aanschaffen, heb je tegen de tijd dat de salderingsregeling op 1 januari 2027 wordt afgeschaft, al bijna de helft van je investering terugverdiend.

Wat te doen?

Voordat je een beslissing neemt, zou ik persoonlijk aanraden een onafhankelijke evaluatie van de energie-efficiëntie van je woning te laten uitvoeren. Het klinkt misschien als een grap, maar geen enkel bedrijf zal een onafhankelijk onderzoek voor je doen. De enige manier is zelf lezen, je informeren, verschillende offertes aanvragen, deze vergelijken en je eigen conclusies trekken. Elke situatie is uniek en persoonlijk, en veel van de variabelen zijn tijdelijk of onvoorspelbaar.

Als je doel is om geld te besparen, zijn zonnepanelen misschien niet de beste oplossing. Zoals eerder vermeld, komt het grootste deel van het energieverbruik van verwarming, en het aanpakken van dit probleem zou de prioriteit moeten zijn. Zonnepanelen zijn zinvoller als je de verwarming kunt overstappen op elektriciteit, bijvoorbeeld met een (hybride) warmtepomp. Dit vereist echter een grotere investering en is mogelijk niet eens aan te raden, afhankelijk van de specifieke kenmerken van je woning.

Tot slot laat ik je liever met vragen achter dan met definitieve antwoorden—er zijn al genoeg artikelen met stellige beweringen, en ik geloof dat ze het punt missen. Elk huis en elke situatie is uniek, dus er zijn geen standaardoplossingen.

Shopping Basket